'Ik werk ook heel hard, hoor!'

We hebben een deadline. Een heuse verhuisdatum. En die komt steeds dichterbij, met een tempo waarvan je toch minstens tien keer per dag even staat te knipperen.

Ondertussen hebben we zowaar ik-weet-niet-hoeveel-kilo afval weggegooid en de complete stapel boeken hiernaast afgedankt. Dus het is niet dat er niets gebeurt op zolder, waar de meeste opgeslagen rommel zich bevindt, maar dat je er zo weinig van ziet beneden. En boven. Er is nu een lege plek, maar die hebben we zo weer vol met nieuwe dozen, wacht maar af.

Ik zit nog met allerlei deadlines - maar kan heel trots zeggen dat ik prima op schema loop wat dat betreft - en daarvan weet ik ook wanneer ik wat af wil hebben, zodat alles op tijd bij de opdrachtgevers is. Dat komt helemaal goed.

Een vergelijkbare planning voor het opruimen-inpakken-verhuizen wil echter niet zo van de grond komen. Ja, de planning wel, maar daar heb je zo weinig aan als er verder niets mee gedaan wordt. Bijvoorbeeld omdat een vloer leggen veel langer duurt dan je denkt. Omdat plintjes plakken veel meer tijd kost dan je had gewild. Omdat de winkel die een maand geleden al drie machines beloofde te leveren niets meer laat horen en een onzinverhaal ophangt als je wel naar de winkel gaat. Of gewoon omdat er op zo veel plekken van alles moet gebeuren, waaronder ook nog een hoop papierwerk, dat de uren aan je voorbij schieten.

En terwijl mijn man dan in Het Nieuwe Huis klust en doet, zit ik thuis met de kleine precies hetzelfde te doen als altijd. Alle dagen lijken op elkaar. Of het nu weekend is of een werkdag, het maakt niet uit. Zodra zoontje slaapt, kruip ik achter mijn laptop om zo veel mogelijk pagina's te vertalen - en ook dat aantal is vaak niet zo hoog als ik graag zou willen - en voor ik het weet is hij alweer wakker en moet ik tot 's avonds wachten om hopelijk nog iets meer te vertalen. Ja, de belastingaangiftes zijn gedaan. Er is een hoop gemaild en je moet toch ook wassen en de hele dag speelgoed opruimen en helpen tekenen en spelen en knuffelen.

Maar toch voel ik me zo nutteloos met mijn dikker wordende buik, mijn sterk dalende energiepeil en mijn waggelende pinguïnpasjes. Als oma er is, kan ik even de zolder op, maar zoals ik weken geleden al voorspelde ben ik wel steeds sneller moe en kan ik dus steeds minder lang achter elkaar iets nuttigs doen. En nuttigs is in mijn ogen vooral spullen uitzoeken, afdanken of in dozen stoppen en zorgen dat we alles ingepakt krijgen voor er een verhuizer aanbelt en je denkt: o, was dat vandáág...

Soms wil ik gewoon in een hoekje van de bank wegkruipen en met een pruillip zeggen: 'Ja, maar ik werk ook heel hard, hoor!' Vooral omdat ik dat zelf moet horen. Ik doe wat ik kan en qua werk en vertalingen werk ik even hard als altijd. Wel met de beentjes omhoog op de bank en de laptop op schoot, maar anders kan ik mijn enkels 's avonds helemaal niet meer gebruiken. En toch heb ik het idee dat ik niks doe. Omdat er niet dagelijks een stapel netjes ingepakte verhuisdozen bij komt of een lading weg-te-geven spullen verdwijnt. Wat dat betreft klopt het wel dat je zelf je grootste criticus bent.