Ziek en toch werken

Afgelopen vrijdag begon het gelazer met het gesnotter en gehoest. Het weekend lang geplaagd door een loopneus op de onmogelijkste momenten (tijdens voeden, luier verschonen en badje, bijvoorbeeld). Zondagavond wist ik me dan nog ertoe te zetten twee artikelen te tikken die ik al dagen in mijn hoofd had en gedaan had willen hebben voor maandag.

De combinatie van het felle beeldscherm en de verder vrij donkere woonkamer hebben me echter geen goed gedaan. Zodra ik wilde opstaan, begon de kamer te draaien en daar hield hij mooi niet meer mee op. Baby optillen en naar bed brengen ging nog goed - niet te wankel met een kind op je arm - maar de was ophangen is me gelukkig grotendeels bespaard gebleven doordat mijn lieve man zich daarop stortte.

Maar goed, met de fikse verkoudheid en nu het duizelen was het voor maandag vrij snel besloten: ik meldde me ziek. Ik voelde me ook rot en helemaal niet tot veel in staat. Maar ja, die domme deadlines gaan wel aan je knagen, of je nou thuiszit of niet. Dus heb ik maandag zoveel mogelijk gedaan aan artikelen en dingen, voor zover dat ging. Of dat verstandig was, is een tweede.

Zo ging ook vandaag voorbij. Ik ben twee, drie artikelen en een goedkeuring verder en het vervelende is dat ik niet totaal beroerd aan de griep zit. Dan ben je tenminste uitgeschakeld, al wil je nog zo graag. De klacht zit dieper. Ik ben ontzettend moe, ik heb gestoorde nachten - en dan bedoel ik meer dan alleen een paar keer wakker worden met de kleine. Als ik wegzak en in slaap val, zit ik binnen de kortste keren in een heftige, drukke droom. Helaas heeft die vaak met de werkdingen te maken. Het thema van het komende nummer is Security, en om een of andere reden komen de aanbieders van antiviruspakketten steeds maar voorbij.

Het is af en toe zelfs zo erg dat ik in een halve slaaptoestand baby hoor piepen en me afvraag waarom die stomme software niet werkt en welk merk ik dan moet nemen. Dan spoort er iets niet, hè?

Dinsdag en woensdag zijn altijd al thuiswerkdagen, maar op dit moment heb ik zo mijn twijfels over donderdag. Ik ben gewoon kapot. Ik mag al blij zijn dat het dit keer zonder veertig graden koorts kan, dat wel, maar ik zou toch achterlijk bezig zijn als ik de signalen nu weer negeer of naast me neerleg. Ik kan blijkbaar even niet verder zo. Het is me teveel. Het huis en alle gedoe enerzijds, maar zeker ook de nieuwe onzekerheid op het werk over of mijn tijdschrift nog wel blijft en hoe dat dan allemaal weer moet... Ik kom er gewoon even niet meer uit in mijn hoofd.

Ik kan alleen nog denken aan de deadlines. Alle stukken die voor het komende nummer nog gedaan moeten worden en die ik ongetwijfeld dus alsnog deze week zoveel mogelijk ga zitten maken thuis. Probleem is wel dat na een herinstallatie van mijn besturingssysteem, ik ontzettend veel mail kwijt ben hier omdat er blijkbaar niets meer op de server staat. Geen idee hoe dat kan, maar er is nu veel waar ik gewoon niet bij kan vanuit huis. Dat is jammer en het zorgt voor extra gedoe en nervositeit.

In elk geval zit ik ook nog met mijn vertaalproject in mijn maag. Tot nu toe is er niet bijster veel van gekomen, ik laat mijn werk elke keer voorgaan. En in het weekend ben ik moe en wil ik even niet meer. Of er moet weer een was worden gedraaid, boodschappen gedaan, met lekker weer toch maar even naar buiten met het kindje want dat is goed voor ons allebei. En nu pas dringt het tot me door dat oktober alweer half voorbij is. En ik dus ook qua vertaling wat meer moet gaan doen, anders red ik het alsnog niet of alleen door mijn kerstvakantie in te zetten en dus weer geen vakantie te hebben.

Zoals ik zei: het wordt me zo af en toe allemaal teveel. De snotneus is weg, maar mijn hoofd zit nog vol en niet alleen met snot, maar ook met zorgen en drukmakerij. Ik ben ontzettend moe, ik slaap niet zo heel best als ik slaap 's nachts en de kleine wordt nog met een onvoorstelbare regelmaat wakker voor een paar tellen drinken of een krijsende huilbui omdat er zoveel pijnlijke windjes in zijn buikje knel zitten. Overdag lijkt het ook net alsof ik nergens aan toe kom. Als hij al slaapt weet ik nooit of dat om twee uur of twintig minuten gaat. En ik moet toch ook eten.