Maandagen worden moeilijker

Het is maandag. Ik heb genoeg Garfields gelezen om het helemaal met hem eens te zijn wat de maandag betreft. Bleh, wat een rotdag. Een hele werkweer strekt zich voor me uit en ik heb geen zin, geen fut, geen motivatie. Mijn kindje naar de crèche brengen was bijna te zwaar dit keer. Hoe lang houd ik dit nog vol?

Onderweg naar mijn werk zie ik al die andere moeders met kleine, ingepakte kindjes - grote speen erin - die allemaal onderweg zijn naar hun eigen kinderdagverblijf en vervolgens hun kantoorbaan. Ze doen het allemaal en ze kijken er lang niet zo ellendig bij als ik vandaag. Zoveel andere moeders doen het, maar voor mij wordt het elke weer moeilijker. Op maandag nog wel het meest.

Ik weet niet wat het is. Ik ben moe, maar dat is niks nieuws. Maar vandaag merkte ik dat ik met het ritme van mijn pas in mijn hoofd een motto liep op te dreunen: ik wil naar huis, ik wil naar huis, ik wil te-rug naar huis. En zo begint het - dat je gaat opzien tegen alles, omdat die interne dialoog je niet met rust laat. Maar hoe ik die kan stopzetten of tenminste het geluid moet dimmen, geen idee.

Met de kleine gaat alles goed, hoor. Ik maak me niet zozeer zorgen over hoe hij het vindt op het kinderdagverblijf, want dat gaat tot nu toe allemaal prima. Ja, tuurlijk, af en toe huilt hij, maar dat hoort erbij. Vooral als er lucht vastzit in zijn buikje of hij honger heeft.

Vandaag was echter voor het eerst in lange tijd dat ik op de maandagochtend het gevoel had zelf ook te willen huilen. Ik zat wat later dan gebruikelijk te voeden, al aangekleed en op de bank. Opeens overspoelde een vlaag van misselijkheid me en ik twijfelde even of ik baby moest neerleggen in de box om naar de wc te rennen. Zo ver kwam het gelukkig niet, maar het is een slecht teken. Zo erg zie ik dus op tegen naar mijn werk gaan.

De lol is eraf. Het werk is (te)veel, de deadlines volgen elkaar op zonder adempauze, ik moet thuis vanalles doen om het bij te benen en er is geen tijd meer om even rustig te zitten en niks te doen. Als ik dat al doe - bijvoorbeeld wanneer de kleine in mijn armen ligt te slapen - dan voelt dat op het moment zelf heerlijk, maar na afloop voel ik me schuldig dat ik een uur of twee niets heb uitgevoerd.

Ik erger me aan kleine dingen op het werk waarvan ik weet dat ze nooit zullen veranderen. Bijna alsof ik alvast een mapje maak van redenen om ermee te stoppen. En dan zie ik dus al die andere moeders 's ochtends op de fiets of lopend en ik vraag me af hoe zij het doen. Hebben zij zo'n leuke baan of zulke zware hypotheeklasten dat ze zich eroverheen kunnen zetten? Zijn er moeders die net als ik aanhikken tegen alles en ermee stoppen om thuis te kunnen zijn?

Het lijkt wel een soort taboe. Ik zou niet weten met wie ik erover kan praten. Met mijn moeder, ja, dat wel. Maar die zat vroeger altijd thuis bij mij. Ze werkte niet anders dan als huisvrouw en die keuze heeft ze ook nooit hoeven maken. Ze zouden geen huis mislopen doordat er nog maar een verdiener in het gezin is. Wij wel. En tuurlijk, in dat huurhuisje zitten we goed - op die trap naar vier hoog na - maar zoals gebruikelijk heb ik allerlei ambities en wensen en ik voel me dan wel weer daarover schuldig dat ik/wij die door mijn eigenwijze houding niet kunnen vervullen. Want als ik wel blijf werken en mezelf gewoon een trap onder m'n kont geef, dan redden we dat wel. Makkelijk genoeg, mits het huis niet te duur is.

En dus denk ik nu al veel meer dan anders aan mijn kleine ventje. Het lachebekje dat op de crèche stuurs voor zich uit kijkt en alles maar tolereert als de leidster hem oppakt en in een box legt. Hij mag haar niet zo, weet je. (Dat heeft hij van mij.) Nou weet ik niet of het makkelijker gaat als hij blij lachend achterblijft - want dan voel ik me daar vast weer jaloers over - maar ik weet wel dat ik de fase waarin hij huilend met uitgestrekte armpjes 'mama!' roept als ik hem wegbreng, niet ga overleven.

Nog zoiets. Ik heb er nooit bij stilgestaan hoe dat moet als hij ziek zou zijn op mijn werkdag. Ik ga geen oppas regelen - mens, ik laat hem al niet eens alleen bij mijn moeder achter. En als hij groot genoeg is om naar school te gaan, dan nog wil ik hem zelf kunnen ophalen op het plein. Niet van de buitenschoolse opvang uren later. En in alle jaren tussenin wil ik met hem spelen, hem leren lezen en schrijven, woordjes leren, leren tellen, samen in een oefenboekje door een doolhof gaan en zoeken waar het touwtje eindigt in een wirwar van getekende lijntjes.

Maakt iedereen dit mee of ben ik zo'n softie? Of maak ik het mezelf nou zo moeilijk door me vast te klampen aan dat roze filter dat ik over de werkelijkheid heb gelegd? Ik wil zo graag alles. Als ik werk en een baby heb, dan wil ik allebei perfect doen (zelfs al gaat het ten koste van mijn eigen gezondheid, blijkbaar). En zelfs als ik thuisblijf, dan nog wil ik een huis. En me ondertussen maar afvragen waarom het maar niet stil wordt in die bovenkamer... Gek hè?