Het allereerste schoolreisje komt eraan!

Leuk nieuws! Je kind mag voor het eerst op schoolreisje! Jaaa! Het wordt een leuke dag!
Met nadruk op ‘dag’, in ons geval, want mijn zoontje is in al die weken altijd alleen maar ’s ochtends naar school gegaan. Omdat hij ’s middags nog slaapt, en dat ook nodig heeft (anders deed hij het niet).

Aan de ene kant verheug ik me namens Zoontje dus op een leuk dagje uit, aan de andere kant vraag ik me af of het verstandig is. Dat hij gesloopt thuiskomt, weet ik ook wel. Het is een vrijdag, dus hij kan het hele weekend bijkomen. Dat wel. Maar kinderen die echt heel moe zijn, gaan zich vaak wat hangeriger, zeurderiger of domweg tegendraadser gedragen. Of ze willen naar mama.

‘We zoeken nog moeders die mee willen op schoolreisje’, prijkt er een briefje bij het klaslokaal. Ik zou dolgraag mee willen, maar mijn dochtertje heeft me ook nodig. Ik kan haar niet meenemen – de buschauffeur ziet me aankomen met mijn volgeladen kinderwagen met luiertas en lunchtrommels en reservekleertjes! Ze kan ook niet een hele dag in de buikdrager hangen; dat houdt zij niet vol en mijn rug ook niet.

De juf vraagt nog even of ik mee ga, maar bevestigt dat ik in dat geval een oppas moet regelen voor mijn jongste. Ik weet dat dit raar klinkt, maar doe niet aan oppas regelen.

Dat was een van de redenen dat ik een thuisblijfmama wilde zijn. En toch voelt dat nu eventjes alsof ik moet kiezen tussen de twee koters: blijf ik bij de jongste die me zonder enige twijfel nodig heeft, of ga ik een dagje met de oudste mee, voor het geval het hem toch iets te veel wordt, al die opwinding?

Luxeprobleem, ik weet het. Als dit stukje op de website van een willekeurige vrouwensectie van een krant zou staan, zou ik ongetwijfeld dingen naar mijn hoofd krijgen als: heb je niks belangrijkers om je druk om te maken, heb je hiervoor je baan opgegeven, wat zemel je nou – de meeste moeders moeten gewoon werken en die kúnnen niet eens mee, en misschien dat er eentje is die assertief roept: neem die kinderwagen mee en zeg dat ze niet moeten zeuren.

Ik neig zelf het meest naar dat laatste, gewoon omdat ik op die manier iedereen tevreden kan houden. Iedereen die ertoe doet, dus: mijn kinderen. (En nee, zelf met de auto naar de schoolreislocatie gaan en vanuit de bosjes toekijken is geen optie; ik heb geen auto en geen rijbewijs.)

In elk geval ben ik heel benieuwd hoe het loopt. Misschien dat ik voor die tijd Zoontje een of twee keer ook ’s middags naar school breng, bij wijze van proef. Dan is hij tussen de middag wel thuis, maar in plaats van spelen en slapen gaat hij dan na de lunch terug naar school, om te zien of hij dat een beetje redt, of dat het toch te veel is. Tot nu toe was ik in elk geval blij met mijn keuze hem alleen ’s ochtends te laten gaan, dus dit wordt toch een beetje een mijlpaaltje.